Al drie keer had ik niets gevangen. Wel een karper gelost
en één verspeeld door lijnbreuk. Dat laatste mag natuurlijk niet gebeuren. Moet
wel zeggen dat Dafne Schipper in topvorm die karper niet bij had kunnen houden,
zo snel ging de vis ervan door. De slip van mijn oude Sigma 035 kon het niet
bijhouden, net iets te veel wrijving door de 13 ogen op mijn oude glashengel.
Maar goed, wel vis gevoeld. De laatste keer vissen had ik zelfs geen beet
gehad. Ook niet op mijn stekken die eerder succesvol waren. Ook dat is vissen. Wie
niet vist, zal ook niet vangen.
Gisteravond weer een poging gewaagd. Rond half 7 aan de
waterkant. Eerst vijf stekken aangevoerd. Mijn Pateke Morton opgetuigd. Twee
kikkererwten aan de hair gedaan, een grassprietje als stoppertje. Altijd bij
de hand. Gevoerd met grondvoer, hennep en kikkererwten. De kikkererwten weer
geweekt met honing en 20 minuten gekookt. Beetgaar waren ze, lekkere
karpersnoepjes. Ingelegd dichtbij de kant en afwachten maar. Stek na stek. Zat
zo lekker te vissen na een drukke werkweek. Ook al gebeurde er lange tijd
niets, zelfs geen tikjes van de vele ruisvoorntjes daar. Zag ook geen beweging
in het water. Meestal bevis ik een stek 15 tot 20 minuten, zo ook nu weer. Maar
het bleef rustig. Wel zong een zanglijster zijn mooiste lied.
Hoorde na een poosje wel regelmatig verder weg karper
springen. Dat was in het beboste verlengde van de tocht waar ik zat te vissen,
aan de andere kant van een weggetje, verder het bos in. Wel liep er een pad
langs aan de kant met bomen parallel aan de tocht. Ik was daar nog niet eerder
geweest. Toch eens proberen dacht ik. Zo’n 100 meter het pad op zag ik wel
mogelijkheden om tussen de bomen en struiken door bij het water te komen. Kruip
door sluip door vissen, eigenlijk houd ik daar wel van. Het moet niet te
makkelijk zijn om het doel te bereiken. Ik voerde op een paar plekjes tussen de
overhangende takken mijn laatste kikkererwten. Grondvoer en de hennep waren al
op. Inmiddels werd het onder de bomen al schemerig.
De eerste twee stekken
leverden niets op. De derde stek was met de lange hengel lastig bereikbaar. Ik
kroop en sloop heel voorzichtig naar de kant toe. Het lukte net om tussen de
takken door ik te werpen, onderhands worpje. Net naast een boom die in het
water lag. Linke boel, maar je moet wat. Zag wel veel pluis in het water uit de
bomen. Ik kon, mede door de schemer, mijn dobber nauwelijks meer zien. Wel kon ik
mijn lijn die door de pluis bleef drijven in de gaten houden. Ik bedacht dat
bij een aanbeet de lijn wel zou gaan lopen. En zo geschiedde het even later. De
lijn liep naar links weg en deed dat inderdaad niet vanzelf. Ik sloeg aan en hangen!
De karper nam gelijk een run van zo’n 20 tot 30 meter. Gelukkig niet richting
de boom. Soms zit het mee. Het duurde wel even voor ik de karper kon scheppen.
Knokkers zijn het. Deze karper was 57 cm, geen kanjer, maar een mooie vis. Ik
was er blij mee.
Wel leuk eigenlijk dat vissen tussen de bomen, maar niet
makkelijk, je moet wel een beetje behendig zijn. Het zijn wel de plekken waar
de karpers zich schuil houden volgens mij. De volgende keer ga ik nog wat
verder de tocht langs het bos in, volgens mij vist niemand daar. Beetje
proberen, zoeken en ontdekken, daar houd ik wel van.